Een Boeddhistisch perspectief op verslaving - Cuong Lu & Hilde
- Hilde Bolt
- 4 dagen geleden
- 11 minuten om te lezen
Interview met Cuong Lu – Door Hilde Bolt (Optimist februari 2025)

Lijden is niet het probleem, geluk is een waarheid
De weg om los te komen van een verslaving is niet eenvoudig. De visies en perspectieven hierop variëren in het reguliere circuit, maar vaak valt de zin: “Eens een verslaafde, altijd een verslaafde.” Ik heb veel met verslavingen gewerkt en mijn visie op verslaving is breder, waarbij ik onder andere aansluit bij het perspectief van collega traumasdeskundige Dr. Gabor Maté. De verslaving is een oplossing van (de) pijn. Maar ook de Boeddhistische leraar, geleerde en schrijver Cuong Lu heeft een helder en hoopgevend perspectief op verslaving. We hadden een prachtig gesprek waar ik met diepe dankbaarheid op terug kijk. Voor mij ook weer een pareltje, omdat het Boeddhisme ook voor mij persoonlijk veel betekenis heeft. De focus op het onderwerp verslaving verschoof naar het werkelijk leren leven en het leren ervaren dat je verbonden bent.
“De vraag is veel groter dan verslaving, want in de hulpverlening ligt de focus op de problemen waar mensen tegenaan lopen. Vanuit een breder perspectief gaat het over de vraag: “Wie zijn wij eigenlijk?” en “Wat is geluk eigenlijk”? Dit wordt in de westerse psychologie vaak gemist. We springen te gauw in wat er mis is.
In de kern van ieder mens is er niets mis, zelfs niet bij verslaving. Dit betekent niet dat de uitdagingen van verslaving niet serieus zijn, maar dat er een innerlijke vrijheid is die altijd onaangetast blijft. Het is zo belangrijk dat mensen kunnen voelen dat ze nog steeds hun vrijheid hebben. Dat kennen we niet in de westerse verslavingsbehandelingen. Toen ik bij justitie werkte hoorde ik voor het eerst het zinnetje “Eens een boef, altijd een boef”. En zo kijken we ook naar verslaving: “Eens verslaafd, altijd verslaafd. Toen de mensen bij mij kwamen waren ze helemaal verbaasd over zichzelf en ervoeren ze voor het eerst het gevoel van vrijheid in henzelf.
Als je tegen een gedetineerde of verslaafde zegt “je bent nog steeds vrij”, dan vertel je een waarheid. De vraag is hoe laat je iemand zoiets ervaren? Als iemand het niet ervaart, is het alleen een idee. Ik ben iemand die heel praktisch is. Ik zeg altijd: “Ik help jou om jezelf op een andere wijze te ontdekken.”
Het is niet zo dat je iets voor iemand doet, maar het gaat erom dat het bewustzijn doordringt dat er van nature een verbinding is, dat iemand de verbinding via jou kan ervaren. We zijn van nature met elkaar in verbinding. Dat heb ik in de periode van de pandemie ook weer ontdekt tijdens het online lesgeven. Boeddha Sakyamuni zegt in de Diamant Soetra: “Bevrijdt alle levende wezens, en toch heb je geen enkel levend wezen bevrijdt.”
Boeddhisme is niet bedoeld voor een beetje ontspanning of een beetje vrede. In het diepe boeddhisme heb je te maken met een verbinding. De verbinding tussen mij en de ander. Ook als ander helemaal in de problemen zit. Als iemand zegt dat je altijd verslaafd bent, dan laat ik mensen ervaren dat dit niet waar is. Ik heb ervaren dat je de eerste minuten in een gesprek de kans hebt om dit te laten ervaren. Dit heb ik niet bedacht, maar dit heb ik ervaren. Als je echt jezelf bent (ook als hulpverlener) dan ben je ook die ander. Dat is de verbinding. Een persoon komt in contact met een ander, maar echte verbinding ontstaat pas als je beseft dat je niet los staat van de ander. Soms denken mensen: “Ik ben verbonden met de ander,” maar dat klopt niet helemaal. Werkelijke verbinding gaat verder dan het idee van een ‘ik’ en een ‘ander’. In die verbinding verdwijnt het gevoel van scheiding.
Je moet echt zodanig teruggaan naar jezelf dat er geen scheiding meer is tussen jou en de ander. Dit heb ik altijd zo gedaan bij mensen, ook die verslaafd zijn. Want een verslaafde is iemand die de verbinding is kwijtgeraakt, dan ben je helemaal alleen en eenzaam.
Verslaving heeft altijd met eenzaamheid te maken. In die eenzaamheid zoek je naar een gevoel van en teken van leven, geluk en vreugde. In jouw lijden en de eenzaamheid is geen leven. En daar zit de fout, want juist in het lijden is het leven aanwezig. In het lijden kun je heel goed een verbinding ontdekken. Als Hilde Cuong ziet, kan ze ook zijn lijden zien, maar ook het lijden van zijn vader en van zijn leraar en ook van jezelf. Zonder lijden kunnen we ook geen contact ervaren omdat we dit gemeenschappelijk hebben.”
Hierin zie ik ook het Boeddhisme terug, waarbij lijden als onderdeel wordt gezien van het leven. Hier verwijst psychiater Dirk de Wachter ook naar in zijn boek ‘De kunst van het lijden’. We leren in de westerse wereld niet omgaan met het lijden.
“Ja, de eerste waarheid van de Boeddha is in het westen verkeerd vertaald. Toen het Boeddhisme in het westen is gebracht en werd het gezien als een methode om het lijden op te lossen. Dit is vanaf het begin verkeerd begrepen. Boeddha heeft nooit gezegd dat lijden een probleem is. Hij zei: “Lijden is een edele waarheid.”
Deze verkeerde interpretatie is verbonden met bredere patronen in de westerse maatschappij, waar ongemak en pijn vaak als iets negatiefs worden beschouwd dat we moeten vermijden of bestrijden. Lijden wordt in deze context vaak gezien als een probleem, terwijl het in het Boeddhisme juist wordt erkend als een belangrijke waarheid om te begrijpen. Lijden wordt in het Boeddhisme niet als een probleem gezien, maar als een belangrijke waarheid om te begrijpen en vanuit dat begrip los te laten.
Het eerste wat ik doe als ik met mensen werk is dat ik zeg: “Ik lijd mee, ik doe mee met jouw lijden.” Wat iemand eet is niet lekker, maar ik eet mee en kijk hoe het smaakt. En soms is de smaak van die soep minder slecht dan gedacht. En dit voelbaar maken gebeurt in de eerste twintig minuten, dan kun je de stap zetten van lijden naar vrijheid. In die eerste ontmoeting moet je laten weten dat het lijden niet het probleem is. De zin “ik lijd mee” is voor mij de vertaling van het woord compassie. Als je echt aanwezig bent in en bij het lijden is lijden geen probleem.
De pijn van de verslaafde is dat niemand ooit de soep meegegeten heeft. “Jij bent verslaafd en ik niet.” Het ergste van de verslaving is niet de verslaving zelf, maar de eenzaamheid en de veroordeling van de hele maatschappij. Dit doet pijn.
Als ze bij mij komen, horen ze: “Ik leef mee met jouw ervaring, ieder van ons heeft een bepaalde gehechtheid, ik eet mee met jouw en ik ben ook vrij.” En dit is nieuw voor mensen. Zo heb ik duizenden verslaafden gezien die dan zo emotioneel geraakt zijn. Die vier edele waarheden van de Boeddha* kun je zien als een matrix, die helpt om lijden te begrijpen en te overstijgen.
Als je zo met je lijden kunt omgaan, dan leer je een verslaafde of iemand die echt lijdt en de verbinding is kwijtgeraakt naar het land van vrijheid te gaan. En dit door iemands hand vast te houden. Mijn ervaring is, dat iedereen dat kan. Iedereen kan zichzelf in twintig minuten vinden.
Hoe is voor jou de overgang verlopen vanuit Vietnam, een andere cultuur naar een westers land als Nederland?
Ik kwam uit Vietnam uit de oorlog. De oorlog was afgelopen in 1975 en ik kwam in 1980 naar Nederland met mijn familie. Ik dacht dat de oorlog voorbij was, maar dat was niet voorbij. Niet in mij, niet in mijn gemeenschap en niet in mijn familie. En op een gegeven moment heb ik iemand ontmoet, een boeddhistische monnik Thich Nhat Hanh. Ik weet niet of het toeval was, maar ik ging naar een meditatieretraite toe als hele jonge man van negentien jaar. Dit was toen nog niet gebruikelijk en ik was verbaasd over degene die de retraite leidde. Deze man had ‘geen oorlog’. Dit is wat ik bedoelde net, er was een verbinding. Iemand die vrij is kan verbinding maken. En in die verbinding ervoer ik voor het eerst leven en ik ontdekte dat ik in mijn leven nog niet had geleefd. Ik had gevochten om te overleven en dat is precies de situatie van verslaafden. Ze proberen te overleven. Verslaving is een poging om te overleven. Zo zou je het ook kunnen definiëren. En je hebt iemand nodig om uit het overleven te stappen en hoe doe je dat? Je leert iemand om te leven.
Ik kwam deze man tegen en hij zei: “Ik leer je lopen, ik leer je ademen en leer je leven.” Dit kan me nog steeds diep ontroeren soms. Ik dacht:” Wat doe je met mij, inderdaad, ik heb nog nooit geleefd.” Tijdens mijn opleiding en studie op de universiteit voelde ik zo sterk dat ik bij hem wilde zijn. Bij hem ontdekte ik zoveel nieuwe inzichten die ik in het onderwijssysteem nooit had geleerd, vooral niet over wat het betekent om echt te leven. Dus toen ik het aan mijn familie vertelde was het best moeilijk, maar ik wilde monnik zijn. Mijn familie vroeg: “Wat is het probleem mijn kind, hoe kan ik helpen?” Maar ik voelde: “Ik heb geen probleem, ik wil echt leven.”
Ik wist dat er dingen zijn die ik wel leuk vond, maar ook dat het allemaal dingen zijn die je vastbinden in een verslaving. Ik wist dat dingen buiten mijzelf mij niet gelukkig zouden maken.
Je verhaal ontroert me, wat een prachtig…
Ja het is bijzonder dat er zulke mensen bestaan. Ik ben van mening dat iedere psychiater of psycholoog moet zelf kunnen leven en anderen leren leven. Daar gaat het om. Het is dualistische gedacht dat de ander een probleem heeft en jij niet. Dat is al een oorlog en geen leven.
Ik herken wat je zegt, ook vanuit mijn eigen vakgebied, dat er in onze cultuur (onterechte) status is gekoppeld aan een vak van hulpverlener, terwijl we allemaal mens zijn. Mijn tibetaans Boedhhistische leraar zegt over de westerse wereld: “People in the western world are so busy trying to be someone.”
Ik snap waar dit vandaan komt. Het gaat om overleven. Je hebt een misverstand over jezelf. Overleven doe je alleen als een individu, vanuit de gedachte ik ben een individu en ik ben alleen.
Een verslaafde zit helemaal in die modus: “Ik ben alleen.” Leven is wanneer je de verbinding hebt kunnen maken. Met de maatschappij en met je eigen wortels. Wanneer je naar mij kijkt zie je niet alleen mij, maar ook mijn vader, mijn leraar, mijn vrouw en mijn kinderen en mijn leerlingen. Met een echte verbinding durf je je bewustzijn los te laten. Wij zijn gehecht aan ons bewustzijn. We denken dat bewustzijn de sleutel is voor kennis, vrijheid en gevoel. Maar dit kunnen loslaten en terug te gaan naar die echte verbinding is echte vrijheid. Daarvoor heb je een leraar nodig. Dat je iemand hebt die zegt: “Spring maar, ik vang je op!” En dan denkt de leerling: “Maar ik kan niet zwemmen?!” Maar de leraar zegt: “Maar ik wel!” En leraar kun je ook breder opvatten, dit kan ook een behandelaar zijn of een goede vriend.
Ik heb zoveel mensen gehad die in de eerste twintig minuten braken en emotioneel werden en zeiden: “Ik heb mijzelf nooit gewaardeerd.”
En wie is dan mijzelf? Dat is jouw hele maatschappij, je voorouders, je familie en je kinderen. Je bent niet alleen. Iemand bevrijden van verslaving is iemand bevrijden van de eenzaamheid, van de illusie ‘ik ben alleen’.
Wij zijn niet veilig. Als er geen liefde en compassie in je is, is er nooit veiligheid. Hier moeten we aan werken Hilde in onze maatschappij. We moeten voor elkaar zorgen, zeker voor mensen die meer moeite hebben met leven. Juist geen stigma en vooroordeel. Dit doet pijn en daarmee laat je geen uitweg zien. Daarin laat ik de Boeddhist zien: “Als ik vrij ben, ben jij ook vrij.” Je kunt wel allemaal oefeningen doen om je beter te voelen, maar vanuit het Boeddhisme doe je oefeningen niet voor jezelf maar voor de hele maatschappij.
We zijn vergeten dat niemand een individu is. Als je iemand als een individu ziet dan is er iets mis met jouw visie. We moeten niet beginnen met de gedetineerden en verslaafden. We moeten beginnen met onszelf. Door onze manier van kijken lijden wij en daardoor lijden zij ook. Wat we nooit moeten doen is: “Eigen schuld, dikke bult!”.
Dat is niet waar. We moeten goed voor elkaar zorgen. Mijn moeder leerde me heel simpel dat sommige mensen gewoon meer liefde nodig hebben. Dit moeten we beseffen.
De wereld kwam al steeds zijdelings langs, hoe kijk je naar de wereld van vandaag?
De wereld van vandaag heeft veel kennis, maar weinig inzicht. En kennis zonder inzicht is niets. Kennis is het weten en heeft met het bewustzijn te maken. Inzicht is de capaciteit om je kennis te kunnen loslaten. Dat is iets heel anders. Bij mijn instituut zeg ik altijd als is een motto: “De Dharma leert je geen waarheid, maar het helpt je om de waarheid los te laten.” En de capaciteit om de waarheid los te laten is inzicht, is wijsheid.
Als iemand vastzit in zijn eigen illusie of veel macht of geld heeft, kan deze hier slachtoffer van worden. En de illusie is het weten. En de vraag is: Hoe stap je eruit? Hoe kan je iemand helpen om uit deze illusies te stappen? Want kennis is een verslaving.
Dus als je me vraagt wat een kenmerk is van deze tijd, dan is het verslaving aan kennis.
En wat hebben we nodig? We hebben heel veel inzicht en compassie nodig.
Heel veel kennis kan heel gevaarlijk zijn en pijn doen. Het is een mes dat aan twee kanten snijdt. Kennis is alleen goed wanneer je inzicht hebt, dan kun je ook je kennis loslaten.
Dus we leven in een tijd van enorme kennis. De mens is zelfs naar de maan gegaan. Dat is wonderbaarlijk natuurlijk en daar heb ik alle respect voor. Maar je hebt nog steeds inzicht nodig. Want met die kennis kunnen we ook een atoombom gooien en dan is er het einde van de mensheid. Kennis alleen is niet genoeg.
Dit doet me denken aan een ontmoeting met een hindoestaanse priester op Bali die met zijn vinger op mijn hoofd tikte en zei: “Oe…. So much knowledge, but…. You must get rid of this knowledge to become free!” Hij leerde me (inderdaad in zo’n twintig minute) wat aanwezig zijn werkelijk is door zijn presence. Het was life changing voor me.
Ja, dit is wat wij ook te doen hebben, met verslaafden, met gedetineerden. En ik denk ook aan jongere mensen. Zij zijn vaak verslaafd aan internet, hun smartphone en de sociale media, terwijl ze vaak zo eenzaam zijn. En dit te midden van miljoenen mensen waarmee ze in contact kunnen komen, maar contact is geen verbinding. Er is een verschil tussen een verbinding en contact. Voor contact heb je een object nodig en verbinding kun je alleen maken zonder object. Wat we nodig hebben is echte verbinding en compassie.
Het gesprek met Cuong heeft nog een aantal dagen door geresoneerd. Ik ben diep onder de indruk van deze bijzondere, liefdevolle, bescheiden en hele wijze man. Ik voel me dankbaar dat ik met hem in gesprek mocht gaan.
Over Cuong Lu
Cuong Lu, boeddhistisch leraar, geleerde en schrijver, werd in 1968 in Vietnam geboren en verhuisde in 1980 naar Nederland. Na zijn studie Oost-Aziatische studies aan de Universiteit Leiden werd hij in 1993 monnik in Plum Village, waar Thich Nhat Hanh hem onderwees. In 2000 werd hij erkend als leraar in de Lieu Quan-lijn van de Linji zentraditie.
Na zestien jaar kloosterleven keerde Cuong in 2009 terug naar het lekenbestaan en vervolgde hij zijn pad als ‘onzichtbare monnik’. Hij was medegrondlegger van boeddhistische geestelijke verzorging binnen het ministerie van Justitie en werkte zes jaar als aalmoezenier in Nederlandse gevangenissen.
In 2011 richtte hij het Mind Only Institute op, waar hij boeddhistische filosofie en psychologie doceert, met een focus op Yogachara in combinatie met de Madhyamaka-traditie. In 2022 startte hij No Word Zen, een orde van ‘onzichtbare’ monniken en nonnen die de samenleving dienen zonder gebonden te zijn aan uiterlijke vormen of gewaden.
Cuong Lu is de auteur van vele boeken, waaronder Dit is Geluk en De Boeddha in de Bajes.Hij geeft les in Europa, Azië en de Verenigde Staten.
* De vier edele waarheden
De eerste waarheid: Er is lijden.
De tweede waarheid: Het lijden heeft een oorzaak.
De derde waarheid: De oorzaak van het lijden kan opgeheven worden.
De vierde waarheid: Door het achtvoudige pad te volgen wordt het lijden beëindigd.




Opmerkingen